46. Hij werd vroeg oud en werd met schande overladen.
47. Moet dit nog lang duren, Here?Blijft U Zich voor mij verbergen?Blijft uw toorn branden als het heetste vuur?
48. Denk er alstublieft aandat ik maar een vergankelijk mens ben.U hebt de mensen Zelf geschapen,dus U weet hoe kort zij leven.
49. Er is immers geen mens die niet zal sterven?Niemand kan toch ontkomen aan het dodenrijk?