17. Ook waren er mensendie dwaas handelden.Wegens hun zondige leven en hun oneerlijkheidwerden zij gemarteld.
18. Zij walgden bij het zien van etenen stonden al met één been in het graf.
19. Toen riepen zij in hun ellende tot de Hereen Hij redde hen uit al hun angst.
20. Hij kwam en sprak met hen,Hij maakte hen beteren rukte hen weg voor de kaken van de dood.