10. Zij moeten op een allerheiligste plaats worden gegeten en dan alleen door mannen.
11. Alle andere geschenken die voor het altaar als beweegoffer aan Mij worden geofferd, zijn voor u en uw gezinnen, zowel voor de zonen als de dochters. Want al uw gezinsleden mogen dit eten, mits zij op dat moment rein zijn.
12. Ook voor u zijn de geschenken, die het volk aan de Here brengt van de eerste opbrengsten van hun oogst: het beste van de olijfolie, de wijn, het graan
13. en de andere gewassen. Uw gezinnen mogen hiervan eten, mits zij op dat moment rein zijn.
14-15. Zo zal alles wat aan de Here is gewijd, van u zijn, ook de eerstgeboren zonen van het volk Israël en het eerstgeborene van hun vee.