38. Er staat geschreven dat stromen van levend water uit uw binnenste zullen komen als u in Mij gelooft.’
39. Hij sprak hier over de Geest die gegeven zou worden aan de mensen die in Hem geloofden. Want de Geest was nog niet gekomen, omdat Jezus nog niet naar zijn Vader was teruggegaan.
40. Sommige toehoorders zeiden: ‘Inderdaad! Hij is de Profeet!’
41. ‘Hij is de Christus!’ meenden anderen. Maar er waren er ook die zeiden: ‘De Christus komt toch niet uit Galilea?
42. Er staat geschreven dat de Christus voortkomt uit het geslacht van David. Uit Bethlehem, Davids geboortestad.’
43. De meningen over Hem waren verdeeld.
44. Sommigen wilden Hem grijpen, maar niemand deed het.
45. Toen de tempeldienaars bij de leidende priesters en de Farizeeën terugkwamen, vroegen die: ‘Waarom hebben jullie Hem niet meegebracht?’