43. Nadat Hij dit tegen zijn Vader gezegd had, riep Hij met krachtige stem: ‘Lazarus! Kom naar buiten!’
44. De dode kwam uit het graf. Zijn handen en voeten waren met linnen windsels omwikkeld en er was een doek over zijn gezicht gebonden. ‘Haal die doek en die windsels eraf,’ zei Jezus, ‘en laat hem naar huis gaan.’
45. Nu zij dit hadden gezien, geloofden veel Joden dat Jezus de Christus was.
46. Maar sommigen gingen naar de Farizeeën om te vertellen wat Jezus had gedaan.