25. De dagen van mijn leven gaan sneller dan een hardloper, ze vliegen voorbij zonder enige vreugde.
26. Mijn levensjaren glijden voorbij als bootjes van riet, met de snelheid van de arend die op haar prooi afvliegt.
27. Als ik zou besluiten mijn klachten tegen God te vergeten, een einde te maken aan mijn bedroefdheid en een vrolijk gezicht op te zetten,