Genesis 44:18-21 Het Boek (HTB)

18. Toen deed Juda een stap naar voren en zei: ‘Och hoogheid, laat mij dit zeggen. Luistert u even naar mij, want ik weet dat u mij kunt vernietigen, alsof u de farao zelf was. Heb alstublieft even geduld en luister naar mij.

19. U vroeg ons naar onze vader en of wij nog een broer hadden en wij zeiden:

20. “Ja, wij hebben een vader, een oude man. Hij heeft een kind dat hij op hoge leeftijd heeft gekregen, de jongste. Zijn broer is dood. Hij is de enig overgeblevene van zijn moeders kinderen en zijn vader houdt erg veel van hem.”

21. Toen zei u tegen ons: “Breng hem hier, zodat ik hem kan zien.”

Genesis 44