Exodus 25:13-14-18 Het Boek (HTB)

2. ‘Zeg het volk Israël dat iedere man die in zijn hart de behoefte daartoe voelt, Mij iets mag geven van de volgende zaken:

6. olie voor de lampen, specerijen voor de zalfolie en kruiden voor het reukwerk,

7. onyxstenen en stenen voor het priesterkleed en de borsttas.

8. Het volk moet een heiligdom voor Mij maken, zodat Ik onder mijn volk kan wonen.

9. Het moet een grote tent worden, een tabernakel. Ik zal u een voorbeeld laten zien en nauwkeurig omschrijven hoe Ik het gemaakt wil hebben.

13-14. Maak van acaciahout draagstokken en overtrek die ook met goud. Die draagstokken moeten door de gouden ringen worden gestoken om de ark te kunnen dragen.

15. Ze moeten er voortdurend in blijven zitten.

16. In de ark moeten de stenen plaquettes waar de wet op staat, komen te liggen.

17. Maak een deksel van puur goud, een verzoendeksel van 113 cm lang en 68 cm breed.

18. Dan moet u twee engelen maken van gedreven goud en

Exodus 25