1-2. ‘Luister, Israël! U gaat nu de Jordaan oversteken en het land van andere volken in bezit nemen. Die volken zijn veel groter en sterker dan u! Zij wonen in steden met hoge muren er omheen. Onder hen zijn de beruchte kinderen van Enak, reuzen tegen wie niemand het kan opnemen!
10-11. Aan het einde van die veertig dagen en nachten gaf de Here mij de plaquettes waarop Hij de geboden had geschreven die Hij had uitgesproken vanaf de met vuur omgeven berg, terwijl het volk aan de voet van de berg toekeek.