3. Dat gebeurde in de zevende maand tijdens de viering van het Loofhuttenfeest.
6. Koning Salomo en het volk offerden zoveel schapen en ossen voor de ark dat men de tel kwijtraakte.
9. Deze draagstokken waren zo lang dat hun uiteinden vanuit het vertrek ernaast zichtbaar waren. Vanuit de buitengang waren ze echter niet te zien. De ark staat daar nu nog steeds.
10. Er lag in de ark niets anders dan de twee stenen plaquettes die Mozes er bij de berg Horeb had ingelegd, toen de Here een verbond sloot met het volk Israël, nadat ze uit Egypte waren vertrokken.
13. Het orkest en het koor prezen en dankten de Here eenstemmig. Hun lofprijzing werd begeleid door trompetgeschal, het gerinkel van cimbalen en het luide spel van de andere muzikanten, allen prezen en dankten de Here. Steeds weer herhaalden zij de woorden: ‘Hij is goed en zijn goedheid en liefde duren tot in eeuwigheid.’
14. En op datzelfde moment vulde de glorie van de Here de tempel in de gestalte van een lichtende wolk, waardoor de priesters niet konden blijven staan en hun dienst moesten onderbreken.