1 Kronieken 12:29-40 Het Boek (HTB)

3-7. Hun aanvoerder was Achiëzer, de zoon van Semaä uit Gibea. De anderen waren zijn broer Joas, Jeziël en Pelet, de zonen van Azmaveth, Beracha, Jehu uit Anathoth, Jismaja uit Gibeon, een dappere vechter die een van de groep van dertig was en deze zelfs aanvoerde, Jirmeja, Jahaziël, Johanan, Jozabad uit Gedera, Eluzai, Jerimoth, Beälja, Semarja, Sefatja uit Haruf, Elkana, Jissia, Azareël, Joëzer, Jasobam, allen Korachieten, Joëla en Zebadja, de zonen van Jeroham uit Gedor.

29. Van Sauls eigen stam Benjamin kwamen drieduizend mannen. Het grootste gedeelte van die stam was tot dan toe trouw gebleven aan Saul.

30. Van de stam van Efraïm meldden zich twintigduizend achthonderd uitstekende manschappen. Ieder van hen genoot een voortreffelijke reputatie in zijn eigen familie.

31. Van de stam van Manasse werden achttienduizend mannen gestuurd om ervoor te zorgen dat David koning werd.

32. Van de stam van Issachar kwamen tweehonderd stamleiders met hun familieleden. Deze mannen begrepen de tekenen van de tijd en hadden een goed inzicht in de koers die Israël in de toekomst moest volgen.

33. Van de stam van Zebulon kwamen vijftigduizend goed getrainde mannen, zij waren uitstekend bewapend en volkomen trouw aan David.

34. Van de stam van Naftali kwamen duizend officieren en zevenendertigduizend manschappen, uitgerust met schilden en speren.

35. Van de stam van Dan kwamen achtentwintigduizend zeshonderd manschappen, allemaal klaar om zich in de strijd te werpen.

36. Van de stam van Aser kwamen veertigduizend geoefende en gevechtsklare mannen.

37. Vanaf de overkant van de Jordaan—waar de stammen van Gad, Ruben en Manasse woonden—kwamen honderdtwintigduizend manschappen, uitgerust met alle soorten wapens.

38. Al deze mannen kwamen in marsorde naar Hebron met als enige doel David koning van Israël te maken. In feite heerste in heel Israël eensgezindheid daarover.

39. Drie dagen lang was er feest en aten en dronken zij met David, want men was voorbereid op de komst van al deze manschappen.

40. Mensen uit de omgeving en uit de streken van Issachar, Zebulon en Naftali brachten met behulp van ezels, kamelen, muilezels en ossen voedsel naar Hebron. Grote hoeveelheden meel, vijgenkoeken, rozijnenkoeken, wijn, olie, vee en schapen werden voor de feestelijkheden aangevoerd, want alle mensen in het hele land waren blij.

1 Kronieken 12