1. Toen bouwde Salomo zijn eigen paleis, waar hij dertien jaar over deed.
10. De stenen van de fundering varieerden in grootte van ruim drie tot ruim vier meter.
11. Ook de reusachtige stenen van de muren waren op maat gehouwen, met cederhouten balken er bovenop.
12. De grote binnenhof had ook muren, gebouwd uit drie lagen gehouwen steen, bedekt met cederhouten balken net als de binnenste voorhof van de tempel en het toegangsportaal van het paleis.
13-14. Koning Salomo liet daarna een zekere Hiram uit Tyrus komen. Deze had een Joodse moeder uit de stam van Naftali en was zoon van een zeer bekwame koperslager uit Tyrus. Zo kwam hij voor koning Salomo werken