6. De raven brachten hem elke morgen en avond brood en vlees en hij dronk water uit de beek.
7. Maar na enige tijd droogde de beek uit, want nergens in het land viel ook maar een druppel regen.
10. Dus ging Elia naar Sarfath en toen hij bij de poorten van de stad kwam, zag hij een vrouw die bezig was hout te sprokkelen. Hij vroeg haar een beker water.