24. Er kwam zelfs door het hele land verspreid tempelprostitutie voor en de inwoners van Juda bedreven dezelfde gruwelijke zonden als de heidense volken die de Here vroeger het land had uitgejaagd om plaats te maken voor zijn volk.
25. In het vijfde regeringsjaar van Rehabeam viel koning Sisak van Egypte Jeruzalem aan en veroverde de stad.
26. Hij plunderde de tempel en het paleis en nam alles weg, waaronder de gouden schilden die Salomo had laten maken.
27. Rehabeam maakte naderhand koperen schilden als vervanging van de gestolen gouden schilden en gaf die aan de paleiswachten om te gebruiken bij de bewaking van het paleis.