14. Er was een kleine stad met maar weinig bewoners. Een machtige koning viel die stad aan. Hij omsingelde de stad en bouwde er hoge aanvalstorens bij.
15. In die stad woonde een arme, wijze man. Hij had met zijn wijsheid de stad kunnen redden. Maar niemand dacht aan die arme man[ , omdat hij arm was ].
16. Toen zei ik: "Wijsheid is beter dan wapens, maar de mensen luisteren niet naar de wijsheid van arme mensen."