Matteüs 26:5-10 BasisBijbel (BB)

5. Maar ze zeiden: "Laten we het niet op het feest doen. Anders komen er nog rellen onder het volk."

6. Op een dag was Jezus in Betanië, in het huis van Simon. (Simon was door Jezus genezen van een besmettelijke huidziekte.)

7. Er kwam een vrouw naar Hem toe. Ze had een kostbaar kruikje bij zich met dure parfum: echte mirre . Ze goot de parfum over zijn hoofd uit terwijl Hij aan tafel zat te eten.

8. Toen zijn leerlingen dat zagen, werden ze boos. Ze zeiden tegen elkaar:

9. "Wat een verspilling! Die mirre hadden we voor veel geld kunnen verkopen! Dan hadden we het geld aan de arme mensen kunnen geven!"

10. Jezus merkte het. Hij zei tegen hen: "Waarom laten jullie die vrouw haar gang niet gaan? Want ze heeft iets goeds voor Mij gedaan.

Matteüs 26