Matteüs 17:5-20 BasisBijbel (BB)

5. Op datzelfde moment kwam er een stralende wolk om hen heen. En een stem zei vanuit de wolk: "Dit is mijn Zoon, van wie Ik heel veel houd. Ik ben erg blij met Hem. Luister naar Hem."

6. Toen de leerlingen dit hoorden, lieten ze zich op de grond vallen van angst.

7. Maar Jezus kwam naar hen toe, raakte hen aan en zei: "Sta op, wees maar niet bang."

8. Toen ze opkeken, zagen ze niemand meer. Alleen Jezus was er nog.

9. Terwijl ze de berg afdaalden, zei Jezus tegen hen: "Vertel niemand wat jullie hebben gezien. Jullie mogen het pas vertellen als de Mensenzoon uit de dood is opgestaan."

10. De leerlingen vroegen Hem: "Hoe kan het dan dat de wetgeleerden zeggen dat eerst Elia nog moet komen?"

11. Hij antwoordde: "Ja, Elia zal eerst komen en alles weer goed maken.

12. Maar Ik zeg jullie dat Elia al gekomen is. Maar ze hebben hem niet herkend. En ze hebben met hem gedaan wat ze wilden. Op dezelfde manier zal ook de Mensenzoon door hen moeten lijden."

13. Toen begrepen de leerlingen dat Hij het over Johannes de Doper had.

14. Ze kwamen bij de grote groep mensen [ onder aan de berg ]. Er kwam een man naar Hem toe. Hij knielde voor Hem neer en zei:

15. "Heer, help mijn zoon alstublieft. Want er zit een duivelse geest in hem. Het gaat heel slecht met hem. Want hij valt vaak in het vuur of in het water.

16. Ik heb hem naar uw leerlingen gebracht, maar ze konden hem niet genezen."

17. Jezus antwoordde: "Wat zijn jullie toch ongelovige en slechte mensen! Hoelang zal Ik nog bij jullie zijn? Hoelang zal Ik jullie nog moeten verdragen? Breng hem bij Mij."

18. Jezus sprak streng tegen de duivelse geest in de jongen en de geest ging uit de jongen weg. Vanaf dat moment was de jongen gezond.

19. Toen de leerlingen met Jezus alleen waren, vroegen ze Hem: "Waarom konden wij die duivelse geest niet uit hem wegjagen?"

20. Hij zei tegen hen: "Doordat jullie geen geloof hadden. Want luister goed! Ik zeg jullie: je geloof hoeft maar zo groot te zijn als een mosterdzaadje. Als je dan tegen deze berg zou zeggen: 'Ga van hier naar daar,' dan zal hij daarheen gaan. En niets zal onmogelijk voor je zijn.

Matteüs 17