3. Verder Filippus, Bartolomeüs [ (= Natanaël) ], Tomas en de belasting-ontvanger Matteüs. Verder Jakobus de zoon van Alfeüs, en Lebbeüs die ook Taddeüs wordt genoemd.
4. Verder Simon de Zeloot en Judas Iskariot, die Hem later heeft verraden.
5. Dit zijn de twaalf leerlingen die Jezus op pad stuurde. Hij beval hun: "Ga niet naar niet-Joodse mensen.
6. Ga ook niet naar de steden in Samaria . Ga alleen naar de verdwaalde schapen van het volk Israël.