Klaagliederen 2:1-6 BasisBijbel (BB)

1. In zijn woede heeft de Heer het donker laten worden in Jeruzalem. De stad waar Hij eens in zijn macht en majesteit woonde, heeft Hij verwoest.Zelfs zijn tempel, zijn voetenbank, heeft Hij vernietigd.

2. Zonder medelijden verwoestte de Heer Israëls dorpen.Geen dorp liet Hij heel.In zijn woede heeft Hij alle steden vernield,tot de grond afgebroken.Het hele koninkrijk en alle leiders heeft Hij vernederd.

3. In zijn woede heeft Hij alle macht van Israël gebroken.Toen de vijand kwam, weigerde Hij ons te helpen.Zijn woede was als een vuur dat alles verslindt.Heel Israël is erdoor verslonden.

4. Hij richtte zijn pijlen op ons, als een vijand.Hij was onze tegenstander geworden.Alles waar wij van hielden, heeft Hij verwoest.Heel Jeruzalem is verwoest door het vuur van zijn woede.

5. De Heer is onze vijand geworden.Hij heeft Israël verwoest,al zijn paleizen vernietigd, zijn burchten vernield.Iedereen in Jeruzalem huilt en kreunt.

6. Hij heeft zijn tempel verwoest,weggerukt als een tent.De plaats waar Hij bij ons kwam, heeft Hij vernietigd.De feesten in Jeruzalem zijn vergeten.Niemand viert nog de heilige rustdag.De koning en de priesters zijn verdwenen.

Klaagliederen 2