Job 32:15-19 BasisBijbel (BB)

15. Jullie zijn verslagen. Jullie hebben geen antwoord meer.Jullie weten niets meer te zeggen.

16. Ik heb gewacht of jullie nog iets zouden zeggen,maar jullie staan daar maar te zwijgen.

17. Daarom is het nu míjn beurt om antwoord te geven.Nu is het míjn beurt om te zeggen wat ik ervan vind.

18. Mijn hoofd zit vol gedachten.Ik popel om iets te zeggen.

19. Mijn woorden bruisen zó in mijn binnenste, dat ik bijna barst.Ik voel me als een wijnzak die bijna barst door het bruisen van de wijn.

Job 32