1. Ik kan niet meer!Mijn dagen zijn geteld.Het graf wacht al op mij.
2. Ik word door iedereen belachelijk gemaakt.Dat is het enige wat ik om me heen zie.
3. Wilt U voor mij opkomen?Want wie anders zal dat doen?
4. Want Ú heeft de waarheid voor hen verborgen.Ú heeft ervoor gezorgd dat ze niet begrijpen dat ik onschuldig ben.U zal hen toch niet ongestraft hun gang laten gaan?