1. Het volk dat in het donker leeft, zal een groot licht zien. Er komt [ weer ] licht voor het volk dat al vlak voor de poorten van de dood leefde.
2. U heeft het volk weer groot gemaakt. U heeft het volk weer blij gemaakt. Het volk viert net zo vrolijk feest als bij een oogstfeest of bij het verdelen van een grote buit.