1. Dit zegt de Heer tegen Kores: 'U bent de man die Ik [ tot koning ] heb gezalfd. Ik neem u bij de hand om de volken te overwinnen. Ik zal ervoor zorgen dat koningen hun zwaard neerleggen. Ik doe deuren voor u open. Geen enkele poort blijft gesloten.
2. Ik zal Zelf voor u uit gaan en de weg voor u vrijmaken. Ik zal koperen deuren openbreken en ijzeren grendels stukslaan.
3. Ik zal u geheime schatten en verborgen rijkdommen geven. Zo zult u weten, dat Ik, de Heer, het ben die u geroepen heb. Ik, de God van Israël.