Jeremia 49:1-3 BasisBijbel (BB)

1. Dit zegt de Heer over de Ammonieten: "Zijn er dan geen Israëlieten meer? Is er dan niemand van Israël over? Waarom anders zijn de Ammonieten in Gad gaan wonen? Wat heeft dat volk van [ de god ] Milkom daar te maken?

2. De Heer zegt: Omdat jullie Gad van Israël veroverd hebben, zal Ik er op een dag voor zorgen dat er in jullie [ hoofd ]stad Rabba krijgsgeschreeuw zal zijn. Rabba zal verwoest worden. De dorpen er omheen zullen in brand worden gestoken. Dan zal Israël het land veroveren dat hén veroverd had, zegt de Heer.

3. Huil, Hesbon, want Ai is verwoest. Huil, bewoners van Rabba, en doe rouwkleren aan. Treur over je stad. Ren radeloos rond over je graslanden. Want [ jullie god ] Milkom wordt als buit meegenomen, samen met zijn priesters en de leiders van je land.

Jeremia 49