15. Ze lieten de leerlingen buiten de zaal wachten. Toen overlegden ze met elkaar:
16. "Wat moeten we met hen doen? Want heel Jeruzalem weet dat ze een wonder hebben gedaan. We kunnen moeilijk zeggen dat er niets gebeurd is.
17. Maar we moeten voorkómen dat er nog meer van dat soort dingen gebeuren. Daarom zullen we hun streng verbieden om tegen de mensen nog over deze Jezus te spreken."
18. Toen riepen ze de leerlingen weer binnen. En ze verboden hun streng om ooit nog over Jezus te spreken.
19. Maar Petrus en Johannes antwoordden: "Beslis zelf of het juist is tegenover God om aan u méér gehoorzaam te zijn dan aan God Zelf.