Handelingen 12:20-25 BasisBijbel (BB)

20. Herodes was van plan om [ de steden ] Tyrus en Sidon aan te vallen. Maar ze stuurden boodschappers naar Blastus, zijn kamerheer. Ze wisten Blastus over te halen om voor hen aan koning Herodes om vrede te vragen. Vrede was belangrijk voor hen, omdat hun land voor graan afhankelijk was van Herodes.

21. Op een dag zat Herodes in zijn koningsmantel op zijn troon en hield een toespraak tot hen.

22. En het volk juichte hem toe: "Hoor, dat is een god die daar spreekt, niet een mens!"

23. Onmiddellijk werd hij door een engel van de Heer gestraft, omdat hij de eer niet aan God gaf [ maar voor zichzelf hield ]. Hij werd door wormen opgegeten en stierf.

24. En het woord van de Heer groeide en verspreidde zich.

25. Barnabas en Saulus hadden in Jeruzalem het geschenk [ uit Antiochië ] afgegeven. Nu kwamen ze in Antiochië terug. Ze brachten ook Johannes Markus uit Jeruzalem mee. (lees verder)

Handelingen 12