Genesis 30:7-13 BasisBijbel (BB)

7. Bilha, de slavin van Rachel, raakte weer in verwachting en kreeg een tweede zoon.

8. Toen zei Rachel: "Op bovenmenselijke manier heb ik met mijn zus geworsteld en ik heb gewonnen." Daarom noemde ze hem Naftali [ (= 'geworsteld') ].

9. Toen Lea zag dat ze geen kinderen meer kreeg, gaf ze haar slavin Zilpa als bijvrouw aan Jakob.

10. En Zilpa, de slavin van Lea, kreeg een zoon.

11. Toen zei Lea: "Nu zal ik gelukkig zijn." Daarom noemde ze hem Gad [ (= 'geluk') ].

12. Zilpa, de slavin van Lea, kreeg een tweede zoon.

13. Toen zei Lea: "Wat ben ik gelukkig! De vrouwen zullen jaloers zijn op mijn geluk." Daarom noemde ze hem Aser [ (= 'gelukkig') ].

Genesis 30