Ezechiël 16:22-29 BasisBijbel (BB)

22. Geen moment heb je gedacht aan de tijd toen je als klein kind naakt, eenzaam en bebloed op de grond lag.

23. Wat heb je een vreselijke dingen gedaan! Daarom zal het nu slecht met je aflopen. Want dit was nog niet alles.

24. en

25. Je hebt ook nog in alle straten en op alle kruispunten altaren gebouwd. Daar heb je je als een hoer gedragen en jezelf weggegeven aan iedere man die voorbij kwam. Je werd steeds erger.

26. Je gaf jezelf ook aan de Egyptenaren, je buren. Zij wilden jou maar al te graag hebben. Je wist niet van ophouden. Daarmee heb je Mij woedend gemaakt.

27. Daarvoor heb Ik je gestraft. Ik maakte je land kleiner. Ik gaf je in de macht van je vijanden: de Filistijnen. Zij walgden van de manier waarop jij leefde!

28. Ook heb je jezelf aan de Assyriërs gegeven. Je kon er maar niet genoeg van krijgen om jezelf aan anderen te geven. Zo ben jij Mij ontrouw geweest.

29. en

Ezechiël 16