2. Want Mozes had Bezaleël en Aholiab aangewezen om alle dingen voor het heiligdom te maken. Ze werden daarbij geholpen door alle vakmensen aan wie de Heer daarvoor wijsheid en inzicht had gegeven. Zij wilden graag komen helpen.
3. Mozes bracht hun alles wat het volk had gegeven. Elke morgen kwamen de mensen geschenken naar Mozes brengen.
4. Tenslotte gingen de vakmensen die het werk voor het heiligdom maakten naar Mozes en zeiden:
5. "De mensen brengen méér dan nodig is om alles te maken wat de Heer heeft bevolen."
6. Toen liet Mozes in het tentenkamp omroepen: "Niemand hoeft nog geschenken te brengen voor het heiligdom." Zo werd het volk tegengehouden om nog meer te brengen.