Exodus 14:21-24 BasisBijbel (BB)

21. Mozes had zijn hand uitgestrekt over de zee. En de Heer zorgde ervoor dat er de hele nacht een harde oostenwind waaide. Daardoor stroomde het water van de zee weg, zodat de bodem droog viel. Zo werd het water in tweeën gedeeld.

22. De Israëlieten gingen midden door de zee, over het droge. Het water stond als een muur links en rechts van hen.

23. De Egyptenaren kwamen achter hen aan door de zee, met alle paarden, wagens en ruiters van de Farao.

24. Toen het ochtend werd, keek de Heer vanuit de wolk die aan één kant van vuur leek, naar het leger van de Egyptenaren. Hij bracht hen in verwarring en ze raakten in paniek.

Exodus 14