15. Dan moeten de vader en de moeder van het meisje naar de leiders van de stad gaan, in de stadspoort. Ze moeten het beddenlaken meebrengen [ met de bloedvlek ] waaraan te zien is dat ze nu voor het eerst met een man naar bed ging.
16. De vader van het meisje moet tegen de leiders zeggen: 'Ik heb deze man met mijn dochter laten trouwen, maar hij houdt niet meer van haar.
17. Nu strooit hij praatjes over haar rond en heeft haar beledigd. Want hij zegt: 'Ik heb gemerkt dat je dochter al eens eerder met een man naar bed geweest is.' Maar kijk, dit is het bewijs dat mijn dochter nog maagd was.' En ze moeten het laken aan de leiders van de stad laten zien.
18. En de leiders van die stad moeten de man straffen.
19. Ook moet hij een boete van 100 zilverstukken betalen aan de vader van het meisje. Want hij heeft een Israëlitisch meisje beledigd. En ze blijft zijn vrouw. Hij mag haar zijn leven lang niet wegsturen.