Deuteronomium 2:31-36 BasisBijbel (BB)

31. Toen zei de Heer tegen mij: 'Ik zal allereerst Sihon en zijn land aan jullie geven. Verover zijn land.'

32. Koning Sihon kwam ons met zijn hele leger tegemoet. Bij Jahaz viel hij ons aan.

33. Maar onze Heer God zorgde ervoor dat we hem, zijn zonen en zijn hele leger konden verslaan.

34. We veroverden en verwoestten al zijn steden. We doodden alle mannen, vrouwen en kinderen. We lieten niemand in leven.

35. Alleen het vee en alle spullen uit de steden die we hadden veroverd, namen we mee als buit.

36. We veroverden alle steden vanaf de stad Aroër langs de oever van de Arnon, tot aan Gilead. De Heer God gaf ze allemaal aan ons.

Deuteronomium 2